woensdag 31 augustus 2011

Shu op jacht

Ons avondmaal wordt om wille van Ed's veeleisende levensstijl menigmaal genuttigd in een vegetarisch etablissement. Het ontbreken van vlees in Shu's schijf van vijf veroorzaakt normaliter geen heikele situaties, maar onlangs at Shu een sappige Yak steak. Daarmee was de beer los. Ze had weer bloed geproefd en haar honger naar vlees is sindsdien niet meer te stillen.
U denkt wellicht een plaatje te bekijken van Shu die een poging doet om een kalfje te knuffelen. Niets is minder waar. Feitelijk bent u getuige van Shu's sluwe poging om haar Andalusische kalfslapjes veilig te stellen.
Wederom: u ziet vrolijk huppelende lieve biggetjes, maar madam denkt watertandend aan Babi guling.U begrijpt: lekkere sappige Karbonades á la Gordon Ramsay.
Deze jongen las Shu's gedachten, maakte zich uit de varkenspootjes en verborg zich uitermate kundig onder een struik. Wees dus vooral gewaarschuwd: houdt uw huisdieren binnen.

Danba en omgeving

Na het adembenemende Tagong, vervolgden we onze reis richting Danba, dat slechts 118 km van Tagong is verwijderd.
Met nog zeven andere passagiers, werden we als ware sardientjes in een minibus, gedurende vier uur, via onverharde wegen over bergpassen naar onze nieuwe bestemming gehobbeld.
Danba is één van China's juwelen. De stad is gelegen op 1800 meter in een kloof die de rivier Dajin heeft uitgesleten. Vanuit onze hotelkamer hebben we een aardig uitzicht op al dit moois.
De omgeving van Danba staat vooral bekend om de wachttorens uit de Ming en Qing dynastiën. Veel van de torens zijn nog in uitzonderlijke staat, zoals deze in het historische dorp Suopo.
Voor 15 RMB per persoon mochten we van de plaatselijke 'gids' in 'zijn' wachttoren, vanaf het houten balkon een foto maken van het duizelingwekkende uitzicht.
Daar zijn we natuurlijk te Hollands voor. We schieten liever een gratis plaatje vanaf een punt naast 'zijn' toren.
We zetten onze dagtrip in de omgeving van Danba voort in de richting van het bergdorp Jiaju. Opportunistisch als we zijn, dachten we in een uurtje de zes km naar Jiaju af te leggen, niet wetende dat het (berg)dorpje hoog in de bergen ligt. Gelukkig kregen we haast voor niets een lift, anders hadden we dit vergezicht nooit kunnen aanschouwen.De huizen in het prachtige dorpje zijn gebouwd in de Tibetaanse Jiarong stijl. Ze zijn voorzien van geel, rood, wit en zwart gekleurde stroken. Op de vier hoeken van het dak staan stenen torens die de windstreken representeren.De naam van het dorp Jiaju betekent letterlijk 'honderd families', In werkelijkheid wonen er 150 families in het dorp. Wij troffen er echter geen kip, behalve deze sappige dames, de Gallus Gallus Domesticus.

Instant good karma

'Wie goed doet, goed ontmoet' en - geloof het of niet - instant good karma bestaat!
Kort na het ophangen van onze Lung Ta vlaggetjes, vond Ed dit bankbiljetje van 1 RMB in het gras.
En de volgende ochtend werden we wakker met deze plekken in het plafond.
'Alle zegen komt van boven', zullen we dan maar weer zeggen.

Vlaggen voor vrede

Om deze indrukwekkende week van vlaggetjes - niet te verwarren met de bekende Vlaggetjesweken van de C&A - op een waardige wijze af te sluiten, besloten we op onze nederige manier een bijdrage te leveren aan de wereldvrede.
Na meer dan zes uur stevig doorgewandeld te hebben over de graslanden van Tagong, kwamen we eindelijk aan op onze plaats van bestemming.
Bij de ondergaande zon rolt Ed hier een slinger Lung Ta vlaggetjes uit.
Met op de achtergrond de sneeuwberg, knoopt Shu op haar beurt de verschillende slierten aan elkaar.
En zo bevestigt zij de vlaggetjes aan de bestaande linten. Op deze manier kunnen ook ónze wensen en gebeden de wereld worden ingezonden.

Nog een panoramaplaatje

Gefeliciteerd met de natste zomer sinds 1906. Als u toch nog even wilt genieten van een zonnetje dit najaar, dan hebben wij wel een leuke kampeer suggestie: de graslanden van Tagong.We deden al eerder 'Spot the shark', maar nu hebben we een ingewikkelder opgaaf voor u. Het oranje tentje kunt u wellicht aanwijzen op dit plaatje, maar weet u ook de brommer van de kampeerders te vinden?

Mooie meiden

Tijdens onze omzwervingen komen we zo af en toe wat lokale schoonheden tegen.Deze mooie meiden troffen we aan in een afgelegen dorp. Afkomstig uit een totaal andere wereld, maar toch is het beeld evengoed universeel: een kind met kralen in het haar en een droom op het gezicht.
Typisch voor de bewoners van deze hooglanden, en dan in het bijzonder de kids, is de wijnrode, droog verbrande blos op de wangen.
Vooraleer waren de dames wat schuchter bij de aanblik van 194 centimeters Hollandse welvaart, maar al snel flirten ze als volleerde modellen met het vogeltje in de camera.

Tibetaanse rituelen

Zoals eerder genoemd, hebben we ons wandelplan moeten wijzigen vanwege de dreigende stortbui. Achteraf gezien was dat maar goed ook. Na de bijzondere ontmoetingen op de heuvels, belandden we namelijk onverwachts in dit bijzonder primitieve dorpje.
Waar kom je dit soort straattaferelen nog tegen? Rondlopende Yaks voor een drukbezochte Tibetaanse openluchttempel, geplaatst tegen een heilige berg. We werden als vanzelfsprekend - geholpen door het weerklinken van de mantra's door de megafoons - naar deze historisch rituele plek getrokken.
Deze monnik schenkt een ieder het heilige water uit. Gewoon uit een waterketel.
Deze rituele samenkomst kent een verdeling van plaatsnemen. De monniken zitten bij elkaar, het dichtst bij het altaar waar de oude heren de gebeden en rituelen uitvoeren.
Het gewone volk daarentegen zit achter in deze openluchttempel.
Dit zijn de attributen die van belang zijn. Enerzijds de gebedsmolentjes.
Anderzijds de schaaltjes gevuld met heilig water en verse bloemetjes.
Deze lieve dame wilde maar al te graag met haar gebedsmolentje op de foto.
De bescheiden Niel Diamond daarentegen bleef liever incognito.

Ontmoetingen op hoog niveau

Voorzien van voldoende water en proviand, bewandelden en beklommen we de graslanden van Tagong met als doel het ver in het oosten gelegen klooster.
Bovenop één van de heuvels hadden we onze eerste bijzondere ontmoeting. Als een zalige zoete pudding, overgoten met overheerlijke witte chocoladesaus, doemde deze eeuwig besneeuwde berg voor ons op.
De tweede ontmoeting was minstens net zo zoet als de eerste. Deze moeder die terugkwam van een ochtendje Yakpoep verzamelen, werd door haar zoontje, huilend van geluk, in de armen genomen.
Een paar heuvels later, werden we uitgenodigd door dit zestal monnikendames om aan hun thee- en danskransje deel te nemen. We werden direct toegestopt met appels en zonnebloempitten, waarna we uiteraard werden overgoten met allerlei prangende vragen.
De parapluutjes waren in eerste instantie bedoeld tegen de zon, maar zouden wellicht van toepassing kunnen komen tegen de dreigende stortbui. Wij hebben het uiteindelijk gelukkig droog gehouden, maar we hebben wel uit voorzorg ons wandeldoel gewijzigd.
Van alle ontmoetingen op hoog niveau was deze misschien wel de meest bijzondere. Kijk eens naar die wolk, midden in beeld. De rand heeft de kleuren van de regenboog: halleluja!

Hoogtepunten

We willen u niet het verkeerde beeld geven van onze dagelijkse bezigheden, maar we kunnen het in dit geval niet anders formuleren: we hebben een gezamenlijk hoogtepunt beleefd.Nu denkt u wellicht: 'Een gevalletje vuurwerk, toeters en bellen en de vlaggen mogen uit'. Maar het betreft hier een ander soort orgelpunt, namelijk het beklimmen van één van de plaatselijke bergen in Tagong Caoyuan.
Halverwege de berg troffen we dit bouwsel. Een uitgebouwde grot, annex wijkplaats voor monniken die in retraite gaan. In afzondering van de wereld kunnen ze zich daar vrijerlijk en ongestoord storten op de Tibetaans Boeddhistische levensbeschouwing.
Dit is de beloning voor het geploeter langs de steile wand. Een prachtig uitzicht over Tagong's graslanden, met rechts in beeld één van de vele Tibetaanse kloosters die zich lijken op te richten uit het ogenschijnlijk oneindigende open veld.
Even een knip-en-plak patserig plaatje van de omgeving, bezien vanaf de top. Wiens uitzicht vanuit het kantoorraam doet dit panorama verbleken?
En nog maar eentje. Shu, ergens te vinden op dit plaatje, als vertolkster van het cliché: je voelt je zo ontzettend klein in zo'n immens landschap.
We kijken hier neer op Tagong Caoyuan, hoogte: 3758 meter. Met deze kennis kunt u zelf ongeveer inschatten welk een hoogtepunt wij op deze top bereikten.

Zien is beleven

Bijna dagelijks zien we hier in China dingen die we in ons leven nog niet eerder aanschouwden. Hieronder een hele kleine greep uit een dagje verwondering in Tagong Caoyuan.Dit is een waterkoker Tagong-style. Het motief voor deze inventieve uitvinding was waarschijnlijk niet de behoefte aan een samenleving die draait op groene energie, maar toch past hij aardig in de huidige tijdsgeest.
We zagen de Tibetaanse kloosters al eerder op tv en in films, maar nooit stevenden wij over de binnenplaats naar de ingang van de tempel.
Dit moet een mens toch eens in zijn leven live gezien en beleefd hebben: mantras opdreunende Tibetaanse monniken in hun natuurlijke habitat. Om er maar weer eens een treffende alliteratie in te gooien: buitengewoon bovenaards.

Wandelen met Ed

Om zich goed te oriënteren op de omgeving van Tagong, besloot Ed direct na aankomst te gaan wandelen. Een wandeling met iemand, het liefst ook die de weg kent, zou uiteraard perfect zijn.
Deze vriendelijke monniken groetten Ed weliswaar hartelijk, maar ze waren net op weg terug naar de tempel in het dorp.
Over de heuvel achter het dorp geklommen, trof Ed alles behalve een fijn stel potentiële medewandelaars.
Zo ging Ed in eerste instantie maar alleen de buurt verkennen.
Bovenop de heuvel hoopte Ed een kandidaat tegen te komen, maar helaas.
Na lange tijd was er nog steeds niemand in velden en wegen te bekennen.
Er was zelfs niemand verstopt achter deze palen met felgekleurde gebedsvlaggen bovenop de heuvel.
Uiteindelijk vond Ed dan tóch twee allervriendelijkste metgezellen. Gebroederlijk gehuld in dezelfde kleur, vervolgeden de drie vrienden hun weg.